Roadtrip door Nieuw-Zeeland

07 november 2014

Nieuw Zeeland. Een land dat wel tot de verbeelding spreekt. Nieuw Zeeland bestaat uit het Noorder- en Zuidereiland. Beiden zijn te gek :-) , maar vandaag een artikel over mijn trip door het Zuidereiland.

De reis.
Onze trip begint op het Noordereiland. Vanaf Wellington nemen we de ferry naar het Zuidereiland. Vooral het laatste stuk van de ferry naar Picton is erg mooi, omdat je midden tussen vele kleine eilanden door vaart. Echt supermooi! Bij aankomst rijden we meteen een klein stukje verder en besluiten te overnachten aan een prachtig meer vlakbij Nelson.

Hier kun je je prima een aantal dagen vermaken met het lezen van een boek aan het water of het verkennen van de omgeving. Een andere mogelijkheid is het maken van een (meerdaagse) kajaktocht in Abel Tasman National Park! Dat hebben wij uiteindelijk niet gedaan, maar ik heb er heel goede verhalen over gehoord. Vanaf het meer nemen we op ons gemakje de kustweg naar Queenstown. Het rijden over het Zuidereiland alleen al is zoooooo mooi. Onderweg blijven het landschap en de dieren je verbazen en kom je door allerlei leuke, kleine dorpjes.

Zo zagen wij onderweg bijvoorbeeld deze leuke robben. Schattige beesten vind ik dat ;-). En ben je in het juiste seizoen, dan zou ik zeker een walvistrip ondernemen. He-le-maal te gek! De dieren zelf zijn natuurlijk machtig, maar de combinatie met besneeuwde berkpieken op de achtergrond maakt het extra genieten. Maar goed, Queenstown :-) . Queenstown zelf wil je zeker niet overslaan, het is fantastisch gelegen tussen de bergen en er zijn tal van activiteiten te doen! De stad is ook het vertrekpunt voor een tocht naar de Milford Sound; een fjord van 16 kilometer met metershoge bergen. Zeker in de lokale wintertijd, wanneer er volop sneeuw ligt, is het uitzicht adembenemend. Blijf hier minstens een aantal nachten slapen in de omgeving om er echt goed van te genieten!

Tip: pas wel op waar je je auto parkeert, op sommige plekken tref je hier de Kia aan. Dit is de hoogst levende papagaaisoort.  Het zijn hele leuke beesten om te zien, maar ze hebben de neiging nogal aan auto’s te pikken. Met als resultaat dat bij terugkomst van een wandeling, letterlijk, al het rubber van je auto gestript kan zijn! Klinkt hilarisch, tot het je zelf gebeurt... Na deze fabelachtige omgeving zijn we doorgereden naar het uiterste Zuiden. Hier zijn meerdere plaatsen waar je pinguïns kunt zien. Terwijl je op het strand zit te wachten schuifelen ze zo langs je heen over de rotsen. Geweldig om te zien!

Laatste stop op de route is Mount Cook National Park. Met 3724 meter de hoogste berg van Nieuw Zeeland. Het park telt meer dan 140 bergtoppen boven de 200 meter en maar liefst 72 gletsjers! En het uitzicht is, overal waar je komt, fantastisch. Dit is de reden waarom je deze lange reis hebt gemaakt! De ruigheid, de frisse lucht, een blauwe lucht en fantastische bergen overal om je heen. Wat wil je nog meer?! Wij deden deze trip met een camper. Die kun je, tegen betaling van een vergoeding van rond  €200, achterlaten in Christchurch, voordat je begint aan je lange vlucht naar huis.  

Conclusie: het Zuidereiland is ruiger en ruwer dan het Noordelijke zusje. Echt mijn ding :-) . Mijn voorkeur hoef je dan ook niet te raden. De massieve bergen, besneeuwde pieken en talloze gletsjers geven je echt het gevoel ver van huis te zijn. Abel Tasman National Park en het fantastisch leuke Queenstown maken de boel compleet. Wat heeft jouw voorkeur;  Noordereiland of Zuidereiland?